Ongeldig verklaren toets of resultaat
Een van de wettelijke taken van een examencommissie is het borgen van de kwaliteit van de tentamens. Wanneer deze borging in het geding is, kan de examencommissie een toets of toetsresultaat ongeldig verklaren.
De regels zijn vastgelegd in het OER (artikels 13, 14, 24a) en uitgewerkt in het RRVE (art. 7a).
Bij onregelmatigheden kan de examencommissie besluiten een toets of resultaat ongeldig te verklaren.
Een verstorend incident in de tentamenzaal, of een technisch defect kan het afnemen en maken van een toets (grotendeels) onmogelijk maken. Daarnaast is er bijvoorbeeld ook sprake van een onregelmatigheid wanneer studenten vooraf het antwoordmodel in handen hebben gekregen en het onduidelijk is met welke of hoeveel studenten dit model is gedeeld.
Een ongeldigheidsverklaring kan voor alle deelnemers gelden, een gedeelte of voor een enkele student:
Wanneer een toets in 2 zalen wordt afgenomen en er zich in 1 zaal een incident voordoet, dan wordt er voor de getroffen studenten een besluit genomen. De examencommissie kan in zo’n geval besluiten om de toets in zaal 1 ongeldig te verklaren en de studenten in zaal 1 een extra tentamenkans toe te kennen.
Het komt helaas ook voor dat studenten zich niet houden aan de regels van toetsing, waaronder regels ter preventie van fraude. Ook dit kan ertoe leiden dat de borging in het geding komt. Bijvoorbeeld door het dragen van een hoofdtelefoon wanneer dit niet is toegestaan. Het is de verantwoordelijkheid van iedere student om zich vooraf en tijdens de toets te informeren over de regels. Bij twijfel wordt de examinator geraadpleegd. Wanneer blijkt dat een student de regels niet heeft nageleefd zal in de meeste gevallen het toetsresultaat van de student ongeldig worden verklaard. In sommige gevallen kan dergelijk gedrag aanleiding zijn voor een fraudeonderzoek (zie procedure fraude), wat tot sancties kan leiden. Tot slot: Als bij een student fraude wordt vastgesteld (art. 7.8 RRVE), dan wordt diens resultaat ook ongeldig verklaard.
Wanneer niet?
Het niet naleven van regels hoeft niet altijd als onregelmatigheid behandeld te worden, namelijk in gevallen waarin de borging van de toetsing niet in het geding is. Indien een student bijvoorbeeld een opdracht te laat of incompleet inlevert, dan is betrokkenheid van de examencommissie niet noodzakelijk en kan de examinator dit zelf afhandelen in de beoordeling.
Bij een klein of kortdurend incident kan een examinator ook inschatten (o.a. aan de hand van de toetsresultaten) dat het voorval de prestaties van de studenten niet of nauwelijks heeft beïnvloed.
De examinator meldt een onregelmatigheid bij de examencommissie. Meldingen vanuit proctor-rapportages van online tentamens vallen hier ook onder.
De examencommissie verzamelt relevante informatie en neemt vervolgens een besluit.
De behandeltermijn is afhankelijk van de datum van ontvangst van de melding, de duur van het verzamelen van de relevante informatie en het aantal openstaande zaken.