Albert Jan Kluyver
Toen Kluyver Beijerinck in 1921 opvolgde als hoogleraar, moderniseerde hij het onderzoek in het laboratorium. In het bijzonder benadrukte hij dat het belangrijk is om met het bedrijfsleven samen te werken.
Hij had nauwe banden met Gist-brocades (voorheen de Gist- en Spiritusfabriek) en was betrokken bij de geheime productie van penicilline (Bacinol) die daar in de Tweede Wereldoorlog plaatsvond.
Eenheid in de biochemie
Een van Kluyvers belangrijkste ontdekkingen was dat biochemische processen in alle cellen min of meer hetzelfde zijn. In cellen voeren enzymketens in kleine stappen chemische reacties uit, die bijvoorbeeld energie kunnen opwekken door koolhydraten af te breken, of proteïnen en ander weefsel kunnen bouwen.
Deze enzymketens en de bijbehorende verbindingen, ook wel reactiepaden genoemd, worden bepaald door de taak ervan, niet door het organisme waarin ze zich bevinden. Het reactiepad voor het afbreken van glucose tot CO2 is in olifanten, insecten en gist bijvoorbeeld praktisch hetzelfde (afgezien van veranderingen in de tijd). Kluyver noemde dit ‘eenheid in de biochemie’. Vóór deze ontdekking dacht men dat elke levensvorm anders was en afzonderlijk moest worden bestudeerd.
Verenigde Staten
C.B. van Niel (afbeelding 3) was een voormalige student van hem en een vriend voor het leven. Hij bedacht de term ‘Delftse school voor microbiologie’ en introduceerde de onderzoeksmethoden van Kluyver en Beijerinck in de Verenigde Staten.