Wetenschappelijke Integriteit

De TU Delft gaat uit van gedeelde verantwoordelijkheid voor wetenschappelijke integriteit. Alle medewerkers die binnen de organisatie betrokken zijn bij onderzoek, onderwijs en impact hebben een eigen verantwoordelijkheid, maar de universiteit heeft ook zorgplichten. Zij volgt hiermee de Nederlandse Gedragscode Wetenschappelijke Integriteit, die op 1 oktober 2018 in werking is getreden.

De TU Delft heeft een team van vertrouwenspersonen. Zij zijn beschikbaar als vertrouwelijke gesprekspartners voor medewerkers, studenten en gasten van de TU Delft die zich geconfronteerd zien met zaken die raken aan ongewenste omgangsvormen en/of integriteit en die daarover van gedachten willen wisselen. Dit geldt ook voor situaties waarin een medewerker, student of gast overweegt om van een vermoeden van een integriteitsschending formeel melding te maken via de Klachtenregeling wetenschappelijke integriteit TU Delft.

De Commissie Wetenschappelijke Integriteit TU Delft behandelt klachten over een vermoede inbreuk op de wetenschappelijke integriteit, begaan door een medewerker van de TU Delft, dan wel gepleegd door een andere persoon betrokken bij het uitvoeren van wetenschappelijk onderzoek op de universiteit.

Studenten

Studenten aan de TU Delft streven ernaar zich te houden aan het universiteitsbrede en faculteitsspecifieke beleid omtrent plagiaat, spieken en fraude. Je kunt hier meer over lezen in de TU Delft Gedragscode (paragraaf 3.3) en op de pagina van jouw faculteit in de Studentenportal – of bekijk de folder “Fraude, laat je er niet toe verleiden”.

Regeling mensproeven

De Regeling Mensproeven beschermt de lichamelijke en geestelijke integriteit van proefpersonen bij mensproeven. Het universitaire Human Research Ethics Committee beoordeelt al het voorgenomen onderzoek met menselijke subjecten, om de ethische aanvaardbaarheid van dergelijk onderzoek te toetsen.

Code Openheid Dierproeven

Bij dierproeven is de Wet op de Dierproeven (WOD) van toepassing. De WOD beoogt het aantal dierproeven en het leed voor dieren daarbij zo beperkt mogelijk te houden. De TU Delft heeft een instellingsvergunning WOD. Per project moet een onderzoeker, via de interne instantie voor dierenwelzijn (IVD) en een Dierexperimentencommissie (DEC), toestemming krijgen van de Centrale Commissie voor Dierproeven (CCD) voor het verrichten van dierproeven. Hiervoor kan contact worden opgenomen met: IVD@TUDelft.nl.

Met de Code Openheid Dierproeven geven VSNU, NFU en KNAW invulling aan de breed onderschreven opvatting dat openheid over wetenschappelijk onderzoek met dieren wenselijk en noodzakelijk is.

Plan van aanpak wetenschappelijke integriteit

TU Delft hecht veel waarde aan integriteit en de ethische aspecten van wetenschappelijk onderzoek. Het is belangrijk dat onderzoekers kunnen werken in een open en veilige onderzoekscultuur waarin zij de normen voor goede onderzoekspraktijken met elkaar bespreken en elkaar kunnen aanspreken op het naleven van die normen. Iedereen moet er immers op kunnen vertrouwen dat wetenschappelijk onderzoek zorgvuldig en integer is. Dat gaat vaak goed, maar is in het verleden ook wel eens niet goed gegaan. Daar moeten we van leren en doen wat nodig is om dat te voorkomen.

Wij zien het als onze taak om een integere, veilige, inclusieve en transparante onderzoekscultuur te creëren om wetenschappelijke integriteit te borgen. Zoals dit ook is neergelegd in de Nederlandse Gedragscode voor Wetenschappelijke Integriteit (2018). Naar aanleiding van de ‘Majorana-casus’, zijn bij QuTech al diverse maatregelen getroffen om de wetenschappelijke integriteit nog beter te waarborgen. Ook heeft het CvB de Integrity Board eind 2022 gevraagd welke lessen de TU Delft als geheel kan trekken uit deze casus. Deze zijn nu samengebracht in een advies van de Integrity Board en een bijbehorend plan van aanpak voor de TU Delft, met daarin een focus op:
 
1.    preventie van (vermoede) schendingen van integriteit;
2.    communicatie omtrent (vermoede) schendingen van wetenschappelijke integriteit; en
3.    procedures m.b.t. vermoede schendingen van wetenschappelijke integriteit.

Het merendeel van de aanbevelingen in het advies heeft betrekking op preventief beleid en de noodzakelijke randvoorwaarden voor het creëren van een veilige en integere werk- en onderzoeksomgeving. Daarbij zoomt het advies ook in op leiderschap en bewustwording en zelfreflectie.

Het bijbehorende plan van aanpak en de daarin omschreven acties zijn in overleg met de in het advies genoemde organisatieonderdelen tot stand gekomen die het belang onderschrijven. Onze dank gaat uit naar alle collega’s die hieraan een bijdrage hebben geleverd en leveren.

Het College van Bestuur (CvB) dankt de Integrity Board voor haar inspanningen en omarmt de aanbevelingen in het advies en het bijbehorende plan van aanpak, die helpen om de wetenschappelijke integriteit aan de TU Delft verder te versterken. Daarin vraagt het bestuur van zichzelf, en van de gehele TU Delft gemeenschap, om de hoogste integriteitsnormen op het gebied van onderzoek, onderwijs, innovatie en leiderschap na te (blijven) streven. Alleen samen kunnen we zorgen voor een integere, veilige, inclusieve en transparante onderzoekscultuur, die mede de wetenschappelijke integriteit borgt.

 Het advies van de Integrity Board en het bijbehorende plan van aanpak zijn hieronder te vinden.

Advies
​​​​​​​Plan van Aanpak