Filter results

9818 resultaten

Hoe bevorder je veilige en snelle maaltijdbezorging per fiets in steden?

Fietsers die gehaast door de stad racen om op tijd te eten bezorgen aan hongerige klanten, vormen een groeiend probleem door de toenemende vraag naar snelle maaltijdbezorgdiensten. Deze toename leidt tot meer verkeer op fietspaden, meer ongelukken en roept zorgen op over de veiligheid van fietsers. In het SINERGI-project doen wetenschappers zoals Yousef Maknoon onderzoek naar oplossingen voor efficiënte en veilige logistieke operaties. 'Fietsbezorgdiensten zijn een geweldige manier om goederen op een milieuvriendelijke manier van A naar B te vervoeren, ter vervanging van bezorgauto's of -busjes. Deze micro-bezorgsystemen kunnen echt helpen om de stedelijke logistiek duurzamer te maken,' zegt logistiek en modelleringsdeskundige Yousef Maknoon, die betrokken is bij het ontwikkelen van real-time beslissingsmodellen voor het SINERGI-project. Behalve het bevorderen van duurzaamheid, wil het project fietsbezorgdiensten helpen om kostenefficiënte diensten aan te bieden met oog voor het welzijn van de bezorgers. 'We willen helpen het aantal ongelukken te verminderen,' benadrukt Maknoon. Zowel private als publieke partijen hebben zich aangesloten bij pilotinitiatieven in de steden Amsterdam, Shanghai, Singapore en Kopenhagen. Yousef Maknoon Veilige routebepaling ‘Om de veiligheid van bezorgers te verbeteren, biedt de app automatisch aanbevolen routes wanneer fietsbezorgers hun bezorgadres ontvangen. Zo kunnen ze gevaarlijke kruispunten en drukke straten vermijden. In Amsterdam is het doel om een kaart te ontwikkelen die de veiligheid van de fietsinfrastructuur weergeeft. De kaart wordt verrijkt met real-time informatie zoals weersomstandigheden, drukke dagen en tijdstippen van de week, om niet alleen de bezorgtijdvoorspelling te verbeteren, maar ook om de veiligheid van de route in real-time te beoordelen,’ legt Maknoon uit. 'Maar alles hangt af van de bereidheid van de fietser om de veiligere route te nemen. Wanneer een bezorger per levering wordt betaald, is hij misschien niet bereid een langere route te nemen. Vooral wanneer hij het gebied goed kent, kan het verleidelijk zijn om een kortere route te nemen die niet altijd de veiligste optie is.’ Uit een enquête onder 300 bezorgers bleek dat zij gestimuleerd kunnen worden om de aanbevolen routes te volgen wanneer ze hiervoor financieel gecompenseerd worden. Winst versus veiligheid Maknoon: 'Wat we ook ontdekten, is dat een uurloon in plaats van betaling per tijdige levering veiliger rijgedrag bevordert, zoals Just Eat Takeaway doet in de pilot in Amsterdam. Er ontstaan dan wel weer andere problemen omdat bezorgers mogelijk minder gemotiveerd zijn om op tijd te leveren. Dan heb je andere prikkels nodig om efficiëntie onder de bezorgers te bevorderen. Anders kunnen klanten overstappen naar andere dienstverleners. Dit zet het bedrijfsmodel, dat gebaseerd is op uurloon en veiligheid vooropstelt, onder druk.’ Het lijkt erop dat bezorgdiensten een afweging moeten maken tussen winst en veiligheid. 'Met het SINERGI-project willen we bezorgdiensten in staat stellen om kostenefficiënte diensten aan te bieden terwijl het welzijn van de bezorgers voorop blijft staan.' Overheidsregulering De overheid kan bijvoorbeeld de verkeersveiligheid verbeteren door de infrastructuur te verbeteren, zoals het aanleggen van aparte fietspaden. Bezorgdiensten kunnen prikkels introduceren voor bezorgers om de extra tijd die een langere, maar veiligere route kost, te compenseren. Maar dit zet de winstgevendheid onder druk en kan ervoor zorgen dat micro-bezorgingsbedrijven moeite hebben om te overleven of zelfs failliet gaan. Het is waarschijnlijk dat overheidsregulering een rol zal moeten spelen in winstgerichte samenlevingen, omdat winst anders voor veiligheid zal gaan. Eerlijk bezorgsysteem Dit geldt ook voor het waarborgen van een eerlijk bezorgsysteem, waarbij alle klanten worden bediend, of ze nu in het drukke stadscentrum of op het minder dichtbevolkte platteland wonen. Anders worden klanten die verder weg wonen mogelijk niet bediend, omdat langere fietstijden minder geld opleveren voor bezorgers wanneer ze op commissie worden betaald. Bezorgers kunnen deze bestellingen simpelweg weigeren en ervoor kiezen alleen te leveren aan dichtbevolkte plaatsen waar ze denken meer te kunnen verdienen. Menselijke factor In deze digitaal verbonden wereld moeten we rekening houden met de menselijke factor bij real-time besluitvorming. Het welzijn van bezorgers, hun werkomstandigheden en hun levenskwaliteit zijn ook belangrijk wanneer we het hebben over het nemen van operationele beslissingen. Het is interessant om de vier steden te vergelijken en te zien hoe zij omgaan met de spanning tussen kostenefficiëntie en veiligheid, en te kijken wat ze van elkaar kunnen leren. Over SINERGI SINERGI is een driejarig project dat loopt van 2023 tot 2026. Het omvat dertien onderzoeksinstellingen, overheidsinstanties en bedrijven die samenwerken om duurzame stedelijke logistiek te verbeteren. Het project streeft ernaar real-time beheer en strategische planning van efficiënte, veilige en gebruiksvriendelijke bezorgdiensten mogelijk te maken. Naast Yousef Maknoon zijn ook andere onderzoekers van de TU-Delft betrokken, zoals Shadi Sharif Azadeh (projectleider), Gonçalo Correia, Kuldeep Kavta en Dongyang Xia. Lees meer over het SINERGI project.

TU Delft Exchange Week brings educators together

TU Delft Exchange Week brings educators together This week, TU Delft hosted its annual Exchange Week, welcoming educators from across Europe. The event was organised by four TU Delft departments: the Extension School, Teaching and Learning Services, the Teaching Academy, and the New Media Centre. These teams developed the concept and collaborate each year to ensure its success. Key Sessions and Insights Over two days, participants attended various insightful sessions, including: Supporting Teaching Staff in Campus Teaching – Gytha Rijnbeek en Franca Jonquière Online Education at TU Delft – Willem van Valkenburg Tour of the New Media Centre, showcasing the XR Lab and recording studio Supporting Faculties in Lifelong Learning – Sofia Dopper Workshop on Course Development – Tracey Lee Davis Quality Assurance and Microcredentials – Clelia Paraluppi Managing the Portfolio of Lifelong Learning Products – Bertien Broekhans Promoting Lifelong Learning Products – Maaike van Buul Participants gained a comprehensive understanding of how TU Delft supports campus education, blended learning, and online education. For instance, on Friday, they were guided through the Extension School's course development process, learning how decisions are made regarding which courses to create, the types of courses to offer, and how these ideas progress through each stage. This also included an in-depth exploration of marketing strategies, the factors influencing course selection, and how success is evaluated. How TU Delft ensures quality In light of quality assurance standards, Clelia Paraluppi offered insights on how to implement tailored quality practices in lifelong learning. Attendees were encouraged to reflect on the importance of quality assurance at their own institutions, especially when developing flexible learning pathways such as Microcredentials. The Dutch approach provided a useful example, showing how TU Delft’s Extension School maintains high standards for these innovative educational offerings. By the end of the two days, attendees had a full understanding of how TU Delft’s Lifelong Learning courses are designed, marketed, and evaluated, ensuring that all elements of the educational process are thoroughly addressed. The smaller group size fostered an intimate setting, perfect for cultivating meaningful discussions and learning from one another. This format has been a cornerstone of the Exchange Weeks since they began in June 2019, with this year marking the fifth edition. In addition to on-site activities this week, participants were encouraged to join the LinkedIn group, which connects all those who have attended the Exchange Weeks since the very beginning. This group continues the conversation, enabling participants to maintain valuable connections and share insights long after the event. The event was a resounding success, with engaged participants contributing thoughtful questions and sparking lively discussions. By facilitating this collaborative exchange, TU Delft proudly play a role in contributing to a collaborative culture where knowledge institutions work together. Thank you to everyone who took part. Let the people involved know you like this initiative on LinkedIn linkedin Impressions of Exchange Week

Half Height Horizontal

Een interview met Aukje Hassoldt: “Onbesproken? Dan blijft het onopgelost”

DEWIS interviewt verschillende medewerkers in verschillende posities over gender diversiteit en inclusie. In dit interview praten we met Professor Aukje Hassoldt, decaan aan de faculteit Techniek, Bestuur en Management (TBM), over de instroom en doorstroom van vrouwen in wetenschappelijke posities, ouderschap en sociale veiligheid. Aukje Hassoldt trad op 1 oktober 2019 aan als decaan van TBM en neemt per 1 december 2024 afscheid en wordt dan decaan van de Rotterdam School of Management (RSM) aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Maak die ongeschreven regels bespreekbaar. Onbesproken blijft onopgelost. Je moet het gesprek aangaan op een respectvolle manier en elkaars standpunten leren begrijpen. Professor Aukje Hassoldt Links Aukje Hassoldt tijdens de DE&I Week 2023 De realiteit is nog steeds dat ouders en leerkrachten soms meisjes en andere minderheidsgroepen ontmoedigen om natuurkunde te studeren. Het goedbedoelde maar misplaatste idee is dat deze leerlingen behoed moeten worden voor mogelijke teleurstellingen. Je hebt natuurkunde gestudeerd aan de Vrije Universiteit (VU) Amsterdam. Werd je destijds niet beïnvloed door het bestaande narratief? Aukje: “Zeker, ik geloofde het verhaal dat natuurkunde moeilijk zou zijn terwijl ik het wel wilde studeren, en heb daarom in eerste instantie niet voor deze studie gekozen. Tijdens mijn studie econometrie ontdekte ik dat wiskunde geen probleem voor mij was; ik ben alsnog natuurkunde gaan studeren en het bleek voor mij geen moeilijke studie.” Wat kunnen we nu doen om het narratief te veranderen? Aukje: “ Birgit van Driel heeft een fantastisch leuke column geschreven over haar studie in de Delta vorig jaar. Ze benoemde heel open wat zij moeilijk vond, en dat waren heel andere dingen. Een studie past bij je of het past niet bij je. Docenten op middelbare scholen moeten alert zijn dat ze niet per ongeluk uitstralen dat sommige vakken moeilijk zijn. Dat beeld moet veranderen. Sommige mensen vinden wiskunde moeilijk, anderen vinden weer andere vakken moeilijk. Maar de gedachte "het is moeilijk" moeten we loslaten. We kunnen bijvoorbeeld in onze outreach activiteiten hier aandacht aan besteden.” Later bekleedde je diverse functies bij Rijkswaterstaat (Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat) en bij TNO Toegepast Natuurwetenschappelijk Onderzoek. Had je het gevoel dat je niet in een dergelijke omgeving paste? Hoe ging je daarmee om? Aukje: “Bij Rijkswaterstaat en TNO heb ik me altijd op mijn plek gevoeld. Ik was vaak de jongste, de enige vrouw en de projectleider of de leidinggevende, maar dat vond ik juist interessant. Ik heb me nooit ongemakkelijk gevoeld daar; het was juist een verwelkomende omgeving. Bij RIVM en de TU Delft voelde ik me ook meteen welkom.” Je was van 1 oktober 2019 tot 1 december 2024 decaan van de faculteit TBM. In deze periode is het percentage vrouwelijke hoogleraren aan de faculteit nauwelijks gestegen. Het is nog steeds rond de 30%. Ben je daar tevreden over? Aukje: “We zijn gegroeid, maar het gaat langzamer dan ik hoopte. Bij de faculteit TBM hebben we de afgelopen jaren vijf nieuwe vrouwelijke hoogleraren benoemd, maar er zijn er ook met emeritaat gegaan. Procentueel blijven we rond 30%. Wel is ons percentage vrouwelijke universitair hoofddocenten (UHD) van 15% naar 32% gegaan en ons percentage vrouwelijke universitair docenten (UD) van 36% naar 50%. De pijplijn is dus beter gevuld, maar we zijn er nog niet. Het moet uiteindelijk naar rond de 50/50 gaan in alle posities.” Wat kan de universiteit/faculteit doen om ruimte te geven aan vrouwelijk talent, zodat vrouwen meer kansen hebben om te groeien in hun academische carrière? Aukje: “Het is belangrijk dat we kritisch kijken naar de doorstroom en naar perceptieverschillen. Dit doen we door te ‘vlootschouwen’. We bespreken in klein comité met elkaar hoe het met onze medewerkers gaat en wie klaar is voor een volgende stap. We bekijken bijvoorbeeld goed of iedereen voldoende leidinggevende ervaring opdoet en zich ontwikkelt op leiderschapsgebied. We bevragen elkaar kritisch, letten op mogelijke bias en zorgen zodoende dat doorgroei eerlijk verloopt. Trainingen blijven belangrijk om ons bewust te worden en blijven van onze onbewuste vooroordelen. Er is een diversiteitstraining voor iedereen, één voor mensen die vaak in benoemingsadviescommissies (BAC) zitten, en elke BAC heeft een bias-observator die een training heeft gevolgd. Daarnaast zijn leidinggevenden verplicht om managementvaardigheidstrainingen te volgen en bieden we feedbacktrainingen aan voor iedereen.” Als je een maatregel mocht doorvoeren voordat je vertrekt om de doorstroom van vrouwen naar hogere en besluitvormingsposities te verbeteren aan de universiteit/faculteit, wat zou dat dan zijn? Aukje: “Ik zou graag nog een gesprek organiseren voor jonge vrouwelijke onderzoekers en senior wetenschappers om ervaringen te delen over carrière maken en het maken van bewuste keuzes. Dat lijkt me een mooie manier om hen te ondersteunen. En verder denk ik dat een goede training in gesprekstechniek voor alle medewerkers helpt. Bij eerdere werkgevers werd dat meer gevolgd dan bij de TU Delft.” Je zei in 2020 dat jouw ideale universiteit een universiteit is die vriendelijk, verwelkomend, uitdagend en inspirerend is. Voldoen we aan dit beeld of hebben we nog een weg te gaan? Aukje: “Ik denk dat we soms wel vriendelijker kunnen zijn. Ik zou daar nu ook "veilig" aan willen toevoegen. En dan bedoel ik sociale veiligheid. Dat gaat over je durven uitspreken op een respectvolle manier. Je moet zelf respectvol zijn, maar ook weten dat je gehoord wordt en dat je mening serieus genomen wordt. Dat betekent natuurlijk niet dat je altijd je zin krijgt, maar het is wel belangrijk dat we die veiligheid kunnen bieden.” Welke concrete maatregelen zijn genomen door de faculteit om sociaal veilige werkomgevingen te bevorderen? Aukje: “We organiseren medewerkerslunches waarin we in kleine groepjes het gesprek aan gaan en die zijn heel leerzaam en waardevol, want het zorgt ervoor dat we met elkaar in contact blijven en naar elkaar luisteren. Een goed functionerende ODC (facultaire Onderdeelcommissie van de Ondernemingsraad) is heel belangrijk. Ik merk dat medewerkers met een Nederlandse achtergrond me makkelijker aanspreken dan internationale collega's. De ODC helpt om de internationale medewerkers een stem te geven. Verder is het contact met de PhD Council (promovendi) belangrijk, omdat promovendi een kwetsbare groep vormen. Sommige van hen durven zich misschien niet uit te spreken over een moeilijke situatie, en voor hen is een vertrouwenspersoon soms al te ver van hen afstaand. Een peer group kan dan helpen. Sociale veiligheid is iets waar we allemaal verantwoordelijk voor zijn. Het gaat over hoe wij ons dagelijks gedragen ten opzichte van elkaar. Leidinggevenden hebben een speciale rol omdat zij een goede open sfeer moeten creëren, maar uiteindelijk is het iets van ons allemaal. We moeten respectvol met elkaar omgaan en tegelijkertijd willen we dat iedereen zich durft uit te spreken en serieus genomen wordt. In het TBM conceptplan sociale veiligheid met de tien hoofdactiepunten staan ook bepaalde omgangsregels die we met elkaar willen afspreken.” Wat kunnen afdelingsvoorzitters doen om een omgeving te creëren waarin vrouwen en mensen uit minderheidsgroepen kunnen groeien en zich persoonlijk en professioneel kunnen ontplooien? Aukje: “Het verschil tussen goed en minder goed management zit vaak in de nuances. Management is een ingewikkeld vak omdat het om precisie op kleine momenten gaat. Bijvoorbeeld, als je merkt dat de sfeer in een groep lacherig wordt, moet je als leidinggevende daar iets van zeggen op een respectvolle manier. Ook moet je erop letten dat iedereen aan het woord komt, ook de meer introverte mensen. Dit zijn slechts voorbeelden, maar er zijn veel manieren waarop leidinggevenden kunnen bijdragen aan een veilige en open sfeer.” Dr. Isabel Torres, medeoprichter en CEO van Mothers in Science, gaf in februari een lezing voor de DEWIS-gemeenschap. Ze belichtte de barrières en vooroordelen die moeders in bèta/techniek tegenkomen in hun carrière. Hoe kunnen leidinggevenden (jonge) ouders en mensen met zorgtaken ondersteunen? Wat is er nodig? Aukje: “De "maternity wall" is een reëel probleem. Ik vind vaderschap en moederschap even belangrijk. Daarom vind ik dat jonge ouders goed ondersteund moeten worden. Mantelzorgers verdienen trouwens ook steun. Het gaat om fases in het leven waar we allemaal mee te maken krijgen.” Heeft de universiteit een verantwoordelijkheid in het veranderen van de perceptie dat carrière en gezin niet samengaan? Aukje: “Ja. Het is belangrijk dat universiteiten mannen en vrouwen gelijk behandelen als het gaat om zorgverantwoordelijkheden. We moeten ook niet impliciet de verwachting creëren dat vaders gewoon doorwerken zoals vroeger.” Wat zou je vrouwen adviseren die leren navigeren in de cultuur van de academische wereld met haar soms ongeschreven regels? Aukje: “Maak die ongeschreven regels bespreekbaar. Onbesproken blijft onopgelost. Je moet het gesprek aangaan op een respectvolle manier en elkaars standpunten leren begrijpen.”

How Are U - Week 2024

A Dynamic Week of Workshops and Events to Check-In, Relax, and Connect De How Are You - Week 2024 vindt plaats van 11 tot en met 15 november. Deze week draait helemaal om het creëren van ruimte voor jou in een hectisch studentenleven. Het is een uitnodiging om bij jezelf en elkaar in te checken. Samen met Student Development en Exhale is er een unieke mix van inspirerende workshops, creatieve activiteiten, zorg & ondersteuning en analoge get-togethers te bieden, ontworpen om je te helpen ontspannen, verbinden en opladen. Doe mee aan de HAU Week Doe mee aan een Outdoor Hot Tub Night of de ADHD LIVE - Community Night. Of misschien kies je voor de Offline Escape Night met een Candlelit Concert, Movie night of de creatieve Kintsugi-workshop? Wat je ook kiest, HAU Week biedt je de kans om te ontsnappen, te ontspannen en te verbinden. Tijdens HAU Week nodigen we je uit om de druk van productiviteit, prestatie en perfectie buiten de deur te laten, geheel in Exhale-stijl. Wat kun je verwachten? Dagelijkse evenementen bij Exhale, met pop-up evenementen in de Aula en de Bibliotheek. Het HAU-programma bevat creatieve workshops, (acro)yoga en interactieve sessies die zich richten op community building en het verminderen van stress. Ook zal Connect elke werkdag in november van 12.00 tot 14.00 uur aanwezig zijn bij Exhale, dus als je met vragen zit over je studie, ontwikkeling en welzijn, kun je daar terecht. Of je nu op zoek bent naar rust in je hoofd, beweging, creativiteit of zinvolle gesprekken: wij staan voor je klaar. Inschrijven Je kunt je eenvoudig aanmelden via de How Are U - week event pagina . De aanmelding voor Exhale-evenementen verloopt via de website van Exhale. Laten we deze november samen inchecken, ontspannen en connecten – we zien je graag bij de How Are U-week! Zoek je hulp of ondersteuning tijdens je studie? De TU Delft biedt verschillende mogelijkheden voor begeleiding en ondersteuning tijdens je studie en helpt je ook bij je persoonlijke ontwikkeling en welzijn. Voor meer informatie over beschikbare middelen en initiatieven kun je terecht bij ‘Mijn studie en ik’ op de TU Delft Student Portal .

Hoe stormvloedkeringen Nederland veilig en leefbaar kunnen houden

Een veilige en leefbare delta, wie kiest daar niet voor? Stormvloedkeringen spelen hierin een cruciale rol. Toch zijn er veel keuzes die op korte termijn gemaakt moeten worden om de stormvloedkeringen in goede staat en functioneel houden, zodat ze ook op langere termijn de stijgende zeespiegel het hoofd bieden. Een nieuw project ontvangt voor vijf jaar financiering van NWO om de beste wegen naar een leefbare delta te verkennen. Stormvloedkeringen, zoals de Maeslantkering en de Oosterscheldekering, zijn essentieel voor de bescherming van Nederland tegen hoogwater vanaf zee. Het is de vraag hoe lang deze imposante constructies effectief blijven met in het achterhoofd de zeespiegelstijging, veroudering van de keringen en verandering van het omliggende gebied. Op de korte termijn zullen besluiten genomen moeten worden over onderhoud, terwijl op langere termijn gedacht moet worden over aanpassing of vervanging. Keringen en de achterliggende delta Binnen het project SSB-Δ (storm surge barrier delta) gaat een breed consortium uitzoeken onder welke condities de stormvloedkeringen Nederland nog veilig en leefbaar kunnen houden. Het consortium bestaat uit de universiteiten van Delft, Utrecht, en Rotterdam; de hogescholen van Rotterdam en Zeeland; kennisinstituten Deltares en TNO, alsmede Rijkswaterstaat, waterschappen en bedrijven. Bram van Prooijen, associate professor bij de TU Delft, gaat het onderzoek leiden: “Besluiten over de keringen zijn belangrijk voor de hele achterliggende delta. Juist die koppeling moet goed gemaakt worden. We hebben in dit project de kans om verschillende expertises bij elkaar te brengen en elkaar te versterken.” Nu oog voor de lange termijn Het onderzoek gaat daarmee niet alleen over wat de technische levensduur is van de keringen, maar ook over hoe de delta gaat veranderen en hoe de maatschappij hierover denkt. Zo brengen de onderzoekers beter in kaart hoe en wanneer welke beslissingen op korte termijn genomen moeten worden, met oog voor de lange termijn. Van Prooijen haalt het voorbeeld aan van reparaties voor een auto: “Denk aan het vervangen het motorblok. Erg kostbaar onderhoud, maar soms noodzakelijk om de auto veilig te kunnen blijven rijden. Maar is het de investering waard als je volgend jaar een nieuwe auto koopt? Of als je liever met de trein wilt gaan reizen? Voor de stormvloedkeringen zullen belangrijke keuzes gemaakt moeten worden. Wij willen daar een goede basis voor aanleveren.” Gefundeerde keuzes Het onderzoek biedt straks veel meer duidelijkheid over de mogelijke paden naar een leefbare delta en hoe de stormvloedkeringen daarin passen. Van Prooijen: “Dat biedt duidelijkheid, zodat we snellere en beter gefundeerde keuzes kunnen maken. Er worden nu veel proefballonnen opgelaten. Met de uitkomsten van storm surge barrier delta kunnen we bepalen met welke proefballonnen we concreet verder kunnen.” Experts opleiden Een van de stormvloedkeringen die in het onderzoek wordt meegenomen is de Maeslantkering. De verwachting is dat deze nog wel zo’n 50 jaar meegaat. Dat lijkt misschien ver weg, zo redeneert Van Prooijen, “maar de experts die hierover gaan beslissen moeten we nu opleiden. Dat zijn waarschijnlijk de promovendi van dit project.”