November 2015
-
De TU Delft en Tilburg University zijn samen met elf partners uit het bedrijfsleven en de publieke sector gestart met het onderzoeksprogramma Safeguarding data Protection in an Open data World (SPOW), een van de projecten van het Maps4Society-programma. SPOW gaat op zoek naar de balans tussen privacy en het beschikbaar stellen van open overheidsdata op het terrein van transport, energie en gezondheid, specifiek in het kader van smart cities.
Het EU-opendatabeleid is gericht op het stimuleren van hergebruik van door de overheid verzamelde data, waaronder veel data met een ruimtelijke component. Het sterk groeiend aantal open databestanden, geavanceerde analysetechnieken en krachtiger computers vergroten in snel tempo de kans dat open data privacygevoelige gegevens worden. Gezien het belang van open data voor de ontwikkeling van smart cities, moeten beschikbaarheid van open data en privacygaranties van personen in samenhang juridisch geregeld worden, ook onder zich snel ontwikkelende technologische verbeteringen.
Meer informatie: www.bk.tudelft.nl/spow
September 2015
-
De Legal and Socioeconomic Committee, onderdeel van de Global Spatial Data Infrastructure Association, onderzoekt de mogelijkheden voor onbelemmerde internationale uitwisseling van geo-data. Als onderdeel daarvan probeert de werkgroep een beeld te krijgen van beleid en wetgeving alsmede economische kaders in afzonderlijke landen en groepen van landen, die de ontwikkeling van een wereldomspannende geo-data infrastructuur op enigerlei wijze beïnvloeden.
Bastiaan van Loenen en Joep Crompvoets zijn voorzitter van dit comité, dat een dialoog op gang wil brengen over het nu uiteenlopende beleid en juridische benadering van nationale overheden. Als eerste stap heeft het comité de Global Legal Interoperability Map of the world (GLIM) gemaakt, waarmee inzichtelijk wordt gemaakt welke verschillende opendata-licenties voor geo-informatie er wereldwijd worden gebruikt. In 2015 zal de groep werken aan een overzicht van geoportalen en zal een wereldwijd overzicht worden gepresenteerd van de wijze waarop geo-informatie en privacywet- en regelgeving elkaar raken.
Meer informatie: http://www.gsdi.org/standingcomm/legal
Juni 2015
-
Elke vijf jaar informeert het ministerie van IenM de Eerste en Tweede Kamer over het functioneren van het Kadaster conform de wettelijke evaluatie Kadaster. Het Kenniscentrum Open Data ondersteunt dit jaar voor een periode van zes maanden Andersson Elffers Felix Organisatie en Informatica Adviseurs die met de voorbereiding van deze ministeriële taak is belast. De werkzaamheden van het Kenniscentrum bestaan onder meer uit het becommentariëren van conceptdocumenten en het fungeren als klankbord voor de uitkomsten van het onderzoek.
April 2015
-
Op 23 april 2015 is onze gewaardeerde collega Bas Kok overleden. Als universitair hoofddocent, verbonden aan de afdeling OTB, was Bas de inspirator, drijvende kracht en directeur van het Kenniscentrum Open Data. Wij zullen hem en zijn enthousiasmerende inbreng erg missen.
Mr. ing. Bas Kok (17 juni 1946 - 23 april 2015)
Met het overlijden van Bas Kok heeft de geo-informatiesector, in Nederland en daarbuiten, een van zijn drijvende krachten verloren.Bas begon zijn carrière bij het Kadaster, waar hij onder meer als projectingenieur aan ruilverkavelings- en herinrichtingsprojecten werkte. Als directeur van de Raad voor de vastgoedinformatie (Ravi) legde hij het fundament voor de wijze waarop de huidige informatievoorziening in Nederland is georganiseerd. Bij de Ravi organiseerde Bas het commitment voor de totstandkoming van de Structuurschets vastgoedinformatie in 1992. Zes kernregistraties werden geïdentificeerd die het hart vormen van wat we tegenwoordig het stelsel van basisregistraties noemen. De Ravi met Bas als directeur bleef gedurende de jaren negentig van grote invloed op de geo-informatievoorziening in Nederland. Bas vertegenwoordigde de sector in velerlei interdepartementale werkgroepen, onder meer op het gebied van e-overheid en authentieke registraties, initieerde beleid en onderzoek op het gebied van publiekrechtelijke beperkingen, kabel- en leidingenregistraties, en registratie van bodemverontreiniging. Het populaire vakblad VI matrix komt uit Bas’ koker, hij haalde het grootste internationale geo-informatiecongres naar Nederland en was een van de drijvende krachten achter het grootste kennisinnovatieprogramma dat de sector heeft gekend.
Bas acteerde niet alleen in Nederland maar besefte vroeg dat een goede geo-informatie infrastructuur (SDI) niet bij de landsgrens ophoudt. De toenemende invloed van ‘Europa’ onderkende hij met internationale vakgenoten en samen richtten zij in 1994 de European Umbrella Organisation for Geographic Information (EUROGI) op. Het was deze groep die aan de basis stond van wat uiteindelijk uitmondde in de Europese richtlijn INSPIRE: alom gezien als een best practice geo-informatievoorziening. Mondiaal was Bas nauw betrokken bij de oprichting van de Global Spatial Data Infrastructure association (GSDI) waarvan hij van 2008 tot 2010 president was. Het jaarlijkse GSDI-congres is jarenlang het toonaangevende geo-evenement geweest waar vooral kennisuitwisseling over de governance van een SDI centraal stond.
De behoefte van Bas om ook kennis uit te wisselen met jonge talenten werd in 1998 geformaliseerd met een deeltijdaanstelling als universitair hoofddocent aan de Technische Universiteit Delft. De colleges Spatial data infrastructures, internationale ontwikkelingen op geo-informatiegebied, en de beoordeling van het succes van SDIs, heeft hij vijftien jaar lang met veel plezier en interactie verzorgd.
In 2010 begon Bas aan een nieuw avontuur: het Kenniscentrum Open Data waarin met acht partnerorganisaties wordt gewerkt aan kennisvraagstukken op het gebied van de governance van (open) geo-informatie. De startconferentie van het Kenniscentrum in 2014 kon hij tot zijn verdriet niet bijwonen. Zijn ziekte belemmerde hem echter niet om op de achtergrond de lijnen uit te zetten.
Na een voorspoedig genezingsproces stond Bas begin 2015 klaar om zijn oude leven weer op te pakken. De ziekte sloeg echter, tot verbijstering van Bas en iedereen die hem liefheeft, opnieuw toe.
Bas Kok overleed op 23 april in het Antoni van Leeuwenhoekziekenhuis in Amsterdam. Hij werd 68 jaar.De uitvaart is op vrijdag 1 mei om 13:30 bij de Nieuwe Oosterbegraafplaats, Kruislaan 126, 1097 GA Amsterdam.
Maart 2015
-
Sinds de vaststelling van de EU Digitale Agenda in 2010 dienen overheden te werken aan het beschikbaar stellen van overheidsdata als open data zonder gebruiksbeperkingen, bij voorkeur gratis. Dit 'Open data, tenzij'-beleid zou voor alle overheidsdata gelden die geen persoonsgegevens bevatten. EU-richtlijn 95/46/EC definieert persoonsgegevens als "informatie betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon". Deze richtlijn bepaalt ook dat persoonsgegevens alleen kunnen worden verzameld voor “welbepaalde, uitdrukkelijk omschreven en gerechtvaardigde doeleinden”. Aangezien bij open data een dergelijk expliciet en gespecificeerd doel ontbreekt, zijn persoonsgegevens per definitie niet als open data beschikbaar. Dat is de conclusie van het Kenniscentrum Open Data die Frederika Welle Donker presenteerde tijdens een workshop over de juridische consequenties voor het European Location Framework ELF in Warschau in februari 2015. Het bepalen welke data als persoonsgegevens beschouwd kunnen worden en welke niet, wordt volgens haar de belangrijkste uitdaging. “Aan de ene kant heeft de EU een prioriteitenlijst van potentiële opendatasets ontwikkeld, met name in het ruimtelijk domein en het aardobservatie- en milieudomein, terwijl de meeste van deze data als persoonsgegevens beschouwd kunnen worden. Zelfs als deze data geanonimiseerd of samengevoegd worden, zouden door een combinatie met andere data alsnog natuurlijke personen te identificeren zijn. Misschien nu nog niet, maar wel in de nabije toekomst.”
Ook big data, onder meer van belang voor het ontwikkelen van smart cities, kunnen onder die beperkingen lijden. Dat stelde Bastiaan van Loenen tijdens zijn presentatie op het Making sense for Society-congres in februari over de privacyaspecten van open data en de gevolgen voor smart cities. “Zelfs luchtfoto’s van gebouwen en landgebruikkaarten kunnen daardoor niet als open data worden gebruikt, tenzij een zeker aggregatieniveau wordt aangehouden, hoewel ook dat geen anonimiteit garandeert.” Van Loenen adviseert overheden om welbepaalde, uitdrukkelijk omschreven legitieme doelen te formuleren om de richtlijn hanteerbaar te maken.
Het European Location Framework is een driejarig EU-programma en heeft het internationaal harmoniseren van open data als doel. Making sense for Society is een Living Lab dat een platform biedt aan bedrijven, kennisinstellingen en overheidsorganisaties die met sensoren en sensorweb werken of willen werken. Het lab is een initiatief van Geonovum.
Februari 2015
-
Voor publieke organisaties hoeft het beschikbaar stellen van open data geen negatief effect te hebben op de betaalde dienstverlening en producten. In een aantal gevallen zijn inkomsten uit betaalde diensten juist omhoog gegaan. De oorzaken van het uitblijven van een negatief effect zijn zeer divers. Dat blijkt uit onderzoek naar enkele bestaande verdienmodellen van vier overheidsdiensten en uitgevers. Inkomsten van uitgevers zijn gedaald, maar dat is niet eenzijdig toe te schrijven aan gratis data. Zowel van de publieke als de private organisaties verschuift de rol van dataverzamelaar naar aanbieder van kennis van de data en het ontwikkelen van tools om gebruikers beter te faciliteren bij het gebruik van de data. Een gegarandeerde inkomstenbron is echter wel een voorwaarde om open data duurzaam te kunnen aanbieden.
December 2014
-
Kees Stuurman (programmacommissie Maps4Society) en Bastiaan van Loenen (TU Delft; Kenniscentrum Open Data) aan het woord over de spanning tussen privacy en open data, naar aanleiding van Safeguarding Data Protection in an Open Data World, een gehonoreerd onderzoek waarin het Kenniscentrum Open Data deelneemt. Stuurman hoopt op oplossingen die passen binnen de Wet bescherming persoonsgegevens. Van Loenen pleit voor het opnemen van technologische ontwikkelingen in de herziening van de Europese privacywetgeving. Lees het artikel.
-
In de tweede nieuwsbrief van het kenniscentrum komt onder meer Martin Salzmann, hoofd Strategie van het Kadaster en lid van de stuurgroep Kenniscentrum Open Data, aan het woord: “Samen een oplossing bedenken maakt het resultaat sterker”. Verder is in deze nieuwsbrief aandacht voor:
- botsende belangen van opendatabeleid en de Wet bescherming persoonsgegevens;
- de oproep van gebruikers van open data aan de overheid om samen de toegankelijk van data te bepalen;
- vraagtekens bij de veronderstelde financiële baten van open data;
- opleiding Governance in de Geo-keten in januari 2015.
November 2014
-
Het Kenniscentrum Open Data start samen met Tilburg University en de Universiteit Leiden onderzoek naar verbetering van privacybescherming bij het beschikbaar stellen van open data (Safeguarding data protection in an open data world – SPOW). Technologiestichting STW (onderdeel van NWO) stelt financiering beschikbaar voor een gedeelde promotieplaats op de TU Delft en Tilburg University.
Het vrij beschikbaar stellen van overheidsdata, dat mede op aandrang van de Europese Unie in een stroomversnelling raakt, stuit op belemmeringen op het gebied van privacy. Als gevolg van technologische ontwikkelingen vallen er steeds meer (geografische) gegevens onder de reikwijdte van de privacywetgeving. Als gevolg van deze beperkingen kan het opendatabeleid van veel overheden onder druk komen te staan en kunnen de door de overheid verzamelde data niet optimaal door de marktsector worden benut. Daardoor worden bijdragen aan innovatie en economische groei en het tot stand komen van ‘smart cities’ – stedelijke gebieden met een belangrijk percentage werkgelegenheid in de ICT-sector en bijbehorende hoogwaardig sociale kwaliteit en omgevingskwaliteit – onvoldoende benut. Het promotieonderzoek zal worden toegespitst op het ontwikkelen van een juridische basis die zowel het beschikbaar stellen van open data als het afschermen van privacygevoelige informatie mogelijk moet maken.
Overheid en bedrijfsleven verlenen medewerking aan het onderzoek. Aan het SPOW-project werken 2CoolMonkeys, Alliander, ESRI, Geonovum, gemeente Rotterdam, Kadaster, The Amsterdam Institute for Advanced Metropolitan Solutions (AMS), VNG, Philips Electronics, Thuisservice Brabant, en de NDW mee.
-
De Legal and Socioeconomic Committee, onderdeel van de Global Spatial Data Infrastructure Association, onderzoekt de mogelijkheden voor onbelemmerde internationale uitwisseling van geo-data. Als onderdeel daarvan probeert de werkgroep een beeld te krijgen van beleid en wetgeving alsmede economische kaders in afzonderlijke landen en groepen van landen, die de ontwikkeling van een wereldomspannende geo-data infrastructuur op enigerlei wijze beïnvloeden.
Bastiaan van Loenen en Joep Crompvoets zijn voorzitter van dit comité, dat een dialoog op gang wil brengen over het nu uiteenlopende beleid en juridische benadering van nationale overheden. Als eerste stap heeft het comité de Global Legal Interoperability Map of the world (GLIM) gemaakt, waarmee inzichtelijk wordt gemaakt welke verschillende opendata-licenties voor geo-informatie er wereldwijd worden gebruikt. In 2015 zal de groep werken aan een overzicht van geoportalen en zal een wereldwijd overzicht worden gepresenteerd van de wijze waarop geo-informatie en privacywet- en regelgeving elkaar raken.
Voor meer informatie: http://www.gsdi.org/standingcomm/legal
September 2014
-
Het Kenniscentrum Open Data lichtte in opdracht van de ministeries van EZ en IenM de kwaliteit en het gebruik van de twintig meest gewilde datasets door, waaronder de Basisregistratie Adressen en Gebouwen en verkeersinformatie van de Nationale Databank Wegverkeersgegevens. Ook zijn gebruikers naar hun ervaringen gevraagd.
Uit het onderzoek blijkt dat dat niet alle nu beschikbare open data in het open dataportaal van de overheid zijn opgenomen. Open data van lokale overheden zijn het lastigst te vinden. Ook de praktische beschikbaarheid van niet-traditionele geografische data zoals zorgdata en energiedata kan verbeteren. De directe bruikbaarheid laat nog te wensen over en de data zijn lang niet altijd actueel.
De onderzoekers doen in hun rapport ‘De stand in opendataland’ de aanbeveling om een beleidsverantwoordelijke met duidelijk richtinggevend beleid vanuit de overheid aan te stellen: een Nationaal Coördinator Open Data (NCO) met voldoende mandaat en middelen die zorgdraagt voor een nationale aanpak van open data.
Lees het artikel over het rapport De stand in opendataland.
Naar het rapport De stand in opendataland.
Juli 2014
-
Op de INSPIRE-conferentie in juni 2014 te Denemarken (Aalborg) heeft Bastiaan van Loenen drie presentaties verzorgd. Eén over de rol van INSPIRE bij het promoten van hergebruik van publiekesector-informatie, één over de relatie tussen INSIPRE en persoonsgebonden data en één over governance-aspecten van geo-informatie in Nederland.
Overheidsdata moeten voldoen aan drie belangrijke criteria: ze moeten vindbaar zijn, opvraagbaar of te downloaden zijn en daadwerkelijk gebruikt kunnen worden door bedrijven en particulieren (bekend, bereikbaar en bruikbaar). Een voorwaarde is dat de beschikbare data niet naar personen herleidbaar zijn. Die garantie blijkt nog niet haalbaar; het is zelfs de vraag of het combineren van data in de praktijk anonimiteit kan garanderen. -
Welke kosten zijn er gemoeid met het bouwen en onderhouden van webportalen voor geo-informatie bij de overheid? Die vraag is aan bijna twintig overheden gesteld in de vorm van een verzoek conform de Wet openbaarheid van bestuur (Wob). Onderzoekers van de TU Delft vermoedden dat er veel geld omgaat in het aanbieden van data, maar dat overheden dat niet in de gaten hebben. De beantwoording was zodanig divers dat de vraag door de onderzoekers niet afdoende beantwoord kon worden. Het onderzoek leidde echter wel tot een aantal aanbevelingen voor het indienen en afhandelen van Wob-verzoeken.
Lees het artikel van Jelte van Oostveen en Bastiaan van Loenen in B&G 3 (mei/juni 2014)
Mei 2014
-
De opendata-beleidsmakers in Nederland gaan ervan uit dat vrije beschikbaarheid van overheidsdata op de lange termijn een van de pijlers van het databeleid van de Nederlandse overheid zal zijn. Er is om die reden behoefte aan een duurzaam businessmodel voor open data, zodat ook in de toekomst kwalitatief hoogwaardige informatie beschikbaar blijft. Zonder zo’n model is er een reëel risico aanwezig dat op de korte termijn het opendatabeleid wordt teruggedraaid of dat producenten van deze data genoodzaakt zijn te bezuinigen op de kwaliteit ervan. Het is voor het Kenniscentrum Open Data de uitdaging om in dat spanningsveld in opdracht van het Kadaster en TNO een duurzaam businessmodel te ontwikkelen. Dit onderzoek zal een aantal alternatieve modellen opleveren en inzicht geven in de achtergrond en de beweegredenen achter die modellen. Deze worden ontleend aan de praktijk in verschillende sectoren. Op basis van de informatie uit dit onderzoek kunnen datahouders beoordelen of zij hun hun opendatamodel moeten aanpassen of misschien de invulling van hun publieke taak moeten heroverwegen.
-
Tot op heden is er geen wetenschappelijk aantoonbaar bewijs dat de informatie-economie financieel flink zal profiteren van de voordelen van opendatabeleid. Een beoordelingsraamwerk kan handelingsperspectieven aanreiken aan overheden voor een succesvol opendatabeleid. Op basis van zo’n raamwerk moet een onderbouwde keuze mogelijk zijn voor optimale benutting van open data: de kritische succesfactoren van open data zijn ermee in onderling verband te beoordelen en ook wordt duidelijk welke randvoorwaarden moeten zijn ingevuld om open data tot een succes te maken.Het onderzoek ‘Open data raamwerk’ van het Kenniscentrum Open Data in opdracht van de ministeries van Economische Zaken en Infrastructuur en Milieu omvat onder meer een nulmeting van open data in Nederland en een advies over de prioritering van de belangrijkste knelpunten en mogelijke oplossingsrichtingen.
Januari 2014
-
Op de drukbezochte Startconferentie Kenniscentrum Open Data op donderdag 23 januari jl. op de TU Delft hebben alle participanten van het kenniscentrum het Memorandum of Understanding ondertekend. Daarmee onderstrepen zij het belang van onderzoek naar bestuurlijke, juridische en organisatorische knelpunten bij het volledig beschikbaar stellen van geo-data door de overheid. Ook willen de participanten bijdragen aan het ontwikkelen van een wetenschappelijke kennisagenda Open Data.
In de komende vier jaar zal het kenniscentrum tal van onderzoeken uitvoeren en adviezen opstellen die vrije toegang en vrij gebruik van geo-data mogelijk moeten maken voor publiek en bedrijven. Gebruiksgemak, betrouwbaarheid en economische groei zijn hierbij de belangrijkste achterliggende motieven. Over twee jaar zal het kenniscentrum op een tweede conferentie tussentijds verslag doen van de onderzoeksresultaten.De ondertekenaars: Peter Wieringa (conrector TU Delft), Dorine Burmanje (bestuursvoorzitter Kadaster), Hans Tijl (directeur Ruimtelijke Ontwikkeling, ministerie van Infrastructuur en Milieu), Mart van Bracht (algemeen directeur TNO Energie), Arie Versluis (plv. hoofingenieur-directeur CIV/kwartiermaker chief data officer RWS), Mark Vermeer (chief information officer, gemeente Rotterdam), Wim van Nunspeet (hoofddirecteur bedrijfsvoering en communicatie, CBS), Frits Brouwer (hoofddirecteur KNMI) en Marcel van Raaij (directeur milieu en veiligheid, RIVM).
December 2013
-
"Hoewel Nederland het in vergelijking met andere landen niet slecht doet, is het aanbod aan open data nog weinig gestructureerd. Daardoor blijft ook de ontwikkeling van nieuwe afgeleide producten en diensten nog achter bij de verwachtingen.” Dat stelde Bastiaan van Loenen tijdens zijn presentatie op de OSGeo.nl-congresdag in november 2013.Stichting OSGeo.nl stimuleert het gebruik en de ontwikkeling van open source software voor geo-informatie en de congresdag was gewijd aan toepassingen van open data op het gebied van stedenbouw en hydrologie en aan databeheer en het gebruik van basisregistraties. Van Loenen ging in op de vraag waarom de miljarden aan verwachte extra baten die open data zouden opleveren – waarvan de schattingen overigens sterk uiteenlopen – er nog niet zijn. Hij constateerde dat open data vooralsnog vaak moeilijk vindbaar zijn, de portalen lang niet altijd gebruiksvriendelijk zijn en dat data niet goed bereikbaar zijn. Dat speelt vooral mensen met beperkte geo-kennis parten. Zij missen ondersteunende helpdesks. Open data moeten voor de overheid zelf, bedrijven en consumenten juist tijdbesparing opleveren en eenvoudig vindbaar en toepasbaar zijn. Zijn data wel vindbaar, dan zijn ze soms te duur, te beperkt of te complex. Van Loenen wijst erop dat er opleidingen zijn om de geo-kennis van gebruikers te verhogen.De faculteit Bouwkunde van de TU Delft biedt de masters Geomatics en GIMA (Geographical Information Management and Applications) aan.
-
In opdracht van het ministerie van Economische Zaken en het ministerie van Infrastructuur en Milieu ontwikkelt het Kenniscentrum Open Data een Beoordelingsraamwerk Open Data en zal het daarmee tevens een nulmeting uitvoeren. De nulmeting van het raamwerk zal gericht zijn open geo-data. Met name zal aangesloten worden bij de thema’s uit de Digitale Agenda voor de Leefomgeving: zorg, bouw, ruimte & mobiliteit en water. Op basis van de uitkomsten wordt een wetenschappelijk onderzoeksprogramma voor de komende jaren opgezet rond de institutionele, juridische en organisatorische inbedding van geo-data in de samenleving. De resultaten zullen naar verwachting medio 2014 bekend zijn.
-
“Open Data is hot!“ Dat was de strekking van de boodschap van de presentatie van Kenniscentrum-lid Frederika Welle Donker op het eerste congres van het Informatie- en CoördinatieCentrum “Regio Schiphol Bevlogen” in Almere op 11 september 2013. Het ICC coördineert en begeleidt luchtfoto- en andere remote-sensingaanvragen van overheden binnen de regio Schiphol.Open data wordt op steeds grotere schaal aangeboden, vooral door de overheid. De potentiële economische waarde van open data zou volgens EU-onderzoek miljarden euro’s zijn, dankzij bijvoorbeeld hergebruik van deze gegevens voor innovatieve toepassingen. In de presentatie is toegelicht aan welke voorwaarden open data moeten voldoen om van waarde te zijn voor de potentiële gebruikers. Er zijn enkele voorbeelden besproken van toepassingen op basis van open data. Tevens presenteerde Welle Donker de beleidskaders en de wettelijke kaders voor gebruik en hergebruik van open data in Nederland en bood zij inzicht in de rol van de INSPIRE Richtlijn in relatie tot het gebruikersperspectief.
-
Aan het beschikbaar maken van door de overheid verzamelde gegevens moeten onder meer juridische voorwaarden verbonden worden. De overheid legt zichzelf ook praktische eisen op bij het beschikbaar stellen van gegevensbestanden. Ook aan voorwaarden van de EU moet tegemoet gekomen worden.
Lees meer hierover in het artikel in OTB & Omgeving.
Juni 2013
-
Voor de periode 1 januari 2014 – 1 januari 2019 is Bastiaan van Loenen benoemd tot voorzitter van de Subcommissie Geo-Informatie Infrastructuur van de Nederlandse Commissie voor Geodesie. De missie van de subcommissie is het voor de middellange en lange termijn initiëren, coördineren en evalueren van academisch onderzoek en onderzoek van niet-academische partijen naar de geo-informatie infrastructuur (GII).
-
In mei 2013 is Bas Kok, als vertegenwoordiger van de TU Delft en het Kenniscentrum Open Data, toegetreden tot de Stuurgroep Rotterdam Open Data. Deze stuurgroep is een initiatief van het Rotterdams bedrijfsleven en de Hogeschool Rotterdam. Voorzitter van de stuurgroep is Korrie Louwes, wethouder Innovatie, Participatie en Hoger Onderwijs. De gemeente ondersteunt het initiatief door data en informatie van, over en voor de stad Rotterdam toegankelijk en inzichtelijk te maken. Deze grote aantallen uiteenlopende gegevens zijn beschikbaar voor algemeen gebruik, hergebruik en distributie en kunnen bijvoorbeeld worden gebruikt voor het maken van apps op smartphones. De gemeente draagt zo bij aan een innovatief ondernemersklimaat.
De stuurgroep, met vertegenwoordigers uit het bedrijfsleven, de onderzoekssector, het onderwijs en de overheid geeft vorm en richting aan de doelstellingen van Rotterdam Open Data en initieert, ondersteunt en adopteert Rotterdamse open data-initiatieven.
-
Voor de Advisory Committee van het Wuhan University-TU Delft Joint Research Centre on Spatial Information heeft Bas Kok (directeur van het Kenniscentrum Open Data) op 14 mei jl. in Delft een presentatie gegeven over de coördinatie van geo-informatie en het belang daarvan in Nederland, in Europa en elders in de wereld. Tevens belichtte hij de ontwikkeling van spatial data infrastructure en trends rond geo-information governance.
Onder de aanwezigen bevonden zich onder meer de Deputy Director General van de National Administration of Surveying, Mapping and Geoinformation in China en de vice-Chairman van de Commissie stedelijke planning en grondgebruik van de stad Shenzhen.
Het research centre bestrijkt een zeer breed spectrum van geo-informatieonderwerpen met inbegrip van Geo-Informatie & Governance. Peter van Oosterom (hoogleraar GIS-technologie aan de TU Delft) is wetenschappelijk directeur van het joint research centre.
-
Het beschikbaar stellen van geografische overheidsdata (geodata) aan derden levert economische waarde op maar er bestaan nog veel belemmeringen die een breed gebruik van deze data in de weg staan. Het Kabinet heeft onlangs het doorbraakproject ‘Open (geo)data als grondstof voor groei en innovatie’ in het leven geroepen dat barrières van open data moet opsporen en opheffen. Bastiaan van Loenen is in mei 2013 benoemd als lid van dit doorbraakteam.
-
Op 16 mei 2013 heeft Bastiaan van Loenen (een van de projectleiders van het Kenniscentrum Open Data) een presentatie verzorgd tijdens het Geospatial World Forum in Rotterdam. In deze presentatie verkende hij de ontwikkeling richting juridische uitwisselbaarheid van geo-informatie. Hij legde de nadruk op de gebruikersvriendelijkheid die kan worden bevorderd door eenheid te creëren in toegangsregels en licenties binnen Europa.
Maart 2013
-
Op 1 maart 2013 is het European Location Framework initiative (ELF) van start gegaan. Dit platform richt zich op het verstrekken van actuele, betrouwbare, interoperabele, grensoverschrijdende en refererende geo-informatie ten behoeve van de Europese publieke en private sector. Het Kenniscentrum Open Data participeert met werkpakket 9 ‘Sustainable access and use’ in dit Europese initiatief. Dit werkpakket moet een raamwerk voor de juridische uitwisselbaarheid van geo-informatie opleveren dat binnen de Europese wet- en regelgeving valt (met name binnen INSPIRE en de PSI-richtlijn). Op die manier blijven de data van het ELF-platform na de pilot beschikbaar voor gebruik en hergebruik. De uitdaging is om overheden te stimuleren hun gegevens daadwerkelijk beschikbaar te maken voor hergebruik. De stimulans daartoe wordt gezocht in het bevorderen van het gebruik van raamwerkovereenkomsten, open licenties en lage prijzen voor overheidsgegevens.
Het Kenniscentrum Open data voert dit project uit van 2013 tot 2016 binnen het Programma voor ICT-beleidsondersteuning (ICT PSP), onderdeel van het kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie (CIP – Competitiveness and Innovation Framework Programme) van de Europese Unie.
ELF is een groot Europees project met een consortium van 30 partijen, waaronder de TU Delft (sectie Geo-informatie en grondbeleid en sectie GIS-technologie van het Onderzoeksinstituut OTB), en vele Europese kadasters, topografische diensten, bedrijven en instellingen.
Contact: Hendrik Ploeger (h.d.ploeger@tudelft.nl). -
De bestuursraad van het ministerie van Infrastructuur en Milieu heeft in 2012 de Roadmap open data vastgesteld en de eerste datasets van het ministerie als open data beschikbaar gesteld via het open data portaal van de overheid (www.data.overheid.nl). De weg naar open data is echter nog lang niet geplaveid: er moeten nog vele hobbels genomen worden om de voorspelde economische voorspoed die open data moet brengen, te realiseren. In een masterclass over de roadmap op 12 maart 2013 is Bastiaan van Loenen van het Kenniscentrum Open Data ingegaan op wat open data ons kan brengen, wat de juridische randvoorwaarden zijn als het gaat om privacy en aansprakelijkheid en op de essentiële samenhang met een andere belangrijk programma van het ministerie van I&M: de Infrastructuur voor ruimtelijke informatie (INSPIRE).
-
Na een succesvolle Open Data workshop op 22 november 2012, organiseerde ESRI Nederland nog een open data workshop voor gemeentelijke GI-medewerkers op 13 en 14 februari 2013. Net als in november, leverde Frederika Welle Donker een bijdrage over de juridische en economische aspecten van open data. De deelnemers waren bijzonder geïnteresseerd in aspecten zoals de verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid van een gemeente als data-aanbieder.
November 2012
-
Op 12 november 2012 tekenden vertegenwoordigers van de Wuhan University (China) en de Technische Universiteit Delft een overeenkomst waarmee het 'Wuhan University‐TU Delft Joint Research Centre on Spatial Information' formeel werd opgericht. De samenwerking bestrijkt een zeer breed spectrum van geo-informatieonderwerpen met inbegrip van geo-informatie & governance. Dit is een relatief nieuw onderwerp binnen Wuhan University waaraan de TU Delft een aanzienlijke bijdrage verwacht te leveren. Ook het Kenniscentrum Open Data participeert in dit research centre.
-
In oktober 2012 hebben de TU Delft en de Wuhan University een Memorandum of Understanding ondertekend waarin geo-informatieonderzoek een belangrijk onderwerp is. Wuhan University is een van de topuniversiteiten in China op het gebied van geo-informatie. Ter voorbereiding op deze ondertekening hebben de initiatiefnemers van het Kenniscentrum Open Data, Bas Kok en Bastiaan van Loenen, aan de Wuhan University een college over geo-informatie verzorgd. Tevens zijn gemeenschappelijke onderzoeksthema's besproken.