Delft Subsurface Urban Energy Lab versterkt met geothermische bron op de campus
Wat bijna 20 jaar geleden werd geboren als een enthousiast plan van een aantal studenten Applied Earth Sciences wordt nu werkelijkheid: deze zomer wordt gestart met de aanleg van een geothermische bron op de campus van de TU Delft die over een aantal jaren de gebouwen van de campus zal verwarmen. Het consortium achter het project Geothermie Delft heeft deze week het besluit genomen om de benodigde investering te doen om de aardwarmtebron te realiseren en het onderzoeksprogramma te starten.
Dit is een aanzienlijke stap vooruit in de duurzaamheidsambities van de TU Delft. De geothermische bron dient tevens als onderzoeksfaciliteit, TU Delft wordt hiermee internationaal een van de grootste hotspots voor onderzoek naar geothermie in de stedelijke omgeving.
Delft subsurface urban energy lab
Voor het verwarmen en verkoelen van gebouwen gebruiken we in Europa ongeveer 50% van de eindvraag naar energie. Om de stap naar een CO2-neutrale samenleving te maken is het daarom nodig om meer duurzame bronnen, zoals geothermie, te gebruiken voor het verwarmen van gebouwen.
‘Met de aanleg van de geothermische bron op de campus als toevoeging aan het Delft Subsurface Urban Energy Lab komen verschillende onderzoeksprojecten samen die de noodzakelijke kennis zullen leveren die nodig is voor de het opschalen van aardwarmtetechnologie in de stedelijke omgeving’, benadrukt Phil Vardon, hoogleraar Energy Geomechanics en leider van het geothermie-onderzoek aan de TU Delft.
Efficiëntere geothermie
Een groot gedeelte van de monitoring-infrastructuur van het Delft Sursurface Urban Energy Lab is onderdeel van het grootschalige European Plate Observing System EPOS-NL. Dit onderzoeksprogramma richt zich op het onderzoeken van fysische processen in de ondergrond van microschaal tot kilometerschaal. Recent is het programma verder uitgebreid met het nieuwe project EPOS-eNLarge. Hierdoor wordt de komende jaren extra monitoring-infrastructuur op de campus gebouwd om meer onderzoek te doen naar de processen in de ondergrond. Een van de unieke onderzoeksmethoden is elektromagnetische geofysische monitoring van de stroming van hete en koude vloeistoffen in de ondergrond. Hiermee kan onderzocht worden hoe geothermisch water zich beweegt in de ondergrond. Met deze kennis kan geothermische energie efficiënter uit de ondergrond worden gehaald en is het mogelijk om een zo efficiënt mogelijke warmteopslag te ontwerpen.
Ondergronds warmte opslaan
In samenhang met de geothermische bron wordt op de campus ook onderzoek gedaan naar ondergrondse warmteopslag in het project PUSH-IT. Door de warmte die in de zomer niet nodig is op te slaan in ondergrondse waterreservoirs (ATES: Aquifer Thermal Energy Storage) kan deze warmte in de winter weer worden gebruikt. Dit vergroot de efficiëntie van een geothermische bron aanzienlijk. Het onderzoek bij zowel de geothermische bron als de daaraan gekoppelde hoge-temperatuur-ATES wordt gecombineerd met de praktijk: de warmte wordt gebruikt om de gebouwen op de campus van de TU Delft te verwarmen. Op termijn kan dit worden uitgebreid naar bepaalde woonwijken van de gemeente Delft.
Phil Vardon benadrukt het belang van de diverse faciliteiten. ‘Met de onderzoeksdata uit de faciliteiten van het Delft Subsurface Urban Energy Lab krijgen we beter zicht op een efficiënter gebruik van aardwarmte, waardoor uiteindelijk het aantal geothermische projecten in Nederland een flinke impuls kan krijgen. Geothermische technologie is iets waar we als land aanzienlijk meer van moeten profiteren. Zo zorgen we dat we de beloften in het kader van de energietransitie kunnen nakomen.’