Profiel van een Prof: Prof. dr. Stefan Hickel

Nieuws - 08 november 2018

Naam
Prof. dr. Stefan Hickel 

Functie
Hoogleraar Computational Aerodynamics en hoofd van de sectie Aerodynamics aan de TU Delft, L&R. Tevens directeur van de Graduate School of Aerospace Engineering.

 Privé?
‘Ik ben in 1978 geboren in de buurt van Berlijn. Nu woon ik, samen met mijn vriendin Susi en ons zoontje Carl van zeven maanden, in Delft. Susi hoopt straks weer aan de slag te gaan als orthopeed/traumachirug. In mijn vrije tijd lees ik historische boeken en geniet ik van mijn akoestische- en elektrische gitarencollectie. Ik heb een fascinatie voor architectuur en ik hou van reizen. Met onze gele VW-bus hebben we al vele bestemmingen in Europa bezocht. Maar ook door mijn werk reis ik veel. Daardoor heb ik overal ter wereld vrienden; een mooie bijkomstigheid van wetenschap beoefenen!’ 

Favoriete vrijetijdsbesteding?
‘Momenteel zijn we erg druk met de verbouwing van het grachtenpandje dat we gekocht hebben. Daardoor kom ik niet toe aan fietsen, wat ik wel van plan was hier in Delft. Reizen staat nu ook op een laag pitje, maar het liefst maken we road trips in Amerika of naar Frankrijk en Italië in combinatie met bezoeken aan oude 'stenen' en gebouwen. Volleyballen doe ik nog wel, als recreant bij VVV Delta.’ 

Mooiste gebeurtenis uit uw carrière?
‘Het feit dat ik een baan heb waar ik erg blij mee ben. Ik word betaald voor mijn hobby en dat is een grote verworvenheid. Andere highlights zijn het werken met studenten en alle momenten waarop een idee goed uitpakt. Er is dus geen sprake van één speciale gebeurtenis, maar van een continu proces met diverse hoogtepunten.’

Uw carrière in vogelvlucht?
‘Na mijn studie Mechanical Engineering aan de Brandenburgse Technische Universiteit in Cottbus heb ik in 2008 mijn PhD gehaald in Computational Fluid Dynamics aan de TU München. Ik heb onder meer gewerkt bij Porsche, Rolls-Royce (Aviation & Aerospace) en aan de TU Dresden en TU München. Zo was ik in 2007 Docent en Hoofd van de Large Eddy Simulation Groep aan de TU München. Een hele andere tak van sport dan mijn onderzoekswerk: ik moest nu met een zelf te vormen groep PhD-studenten aan de slag, waarbij het ineens om samenwerken, adviseren en begeleiden draaide. Een mooie uitdaging en ervaring! Sinds 2015 ben ik hoogleraar Computational Aerodynamics bij de TU Delft. Tot mijn specialisaties behoren gedetailleerde wiskundige modellen en numerieke methoden voor gasdynamica, hydrodynamica, turbulentie en verbranding. Buiten de TU ben ik verder voorzitter van de ERCOFTAC Scientific Programme Committee en Lid van de Raad van Bestuur van het J.M. Burgerscentrum.’

Grootste uitdaging op dit moment?
‘Op persoonlijk vlak: het vaderschap, dat prachtig is maar ook nieuwe verantwoordelijkheden met zich meebrengt, en de renovatie van ons huis, die langer duurt dan gepland. Zakelijk gezien wil ik de samenwerking met collega’s binnen en buiten de groep bevorderen, en synergiën op vele fronten verder uitbouwen. Daarnaast probeer ik de infrastructuur voor computersimulaties te verbeteren – deze loopt achter bij de uitstekende faciliteiten voor experimenteel onderzoek. Zo werk ik samen met anderen hard aan het opzetten van een High Performance Computing centre in Delft.’

Leukste aan uw werk?
‘Mijn werk zelf, het onderzoek doen, maar ook het werken met studenten. Ik deel graag kennis uit boeken, maar ik deel vooral ook graag mijn ervaring. Werken op een universiteit biedt mooie kansen om jonge mensen te inspireren. Zij zijn onze toekomstige engineers! Het bijzondere eraan is dat sommige van mijn studenten de wensen zullen vervullen die ik zelf koester. Als ik een idee heb en ik vertel dit aan 500 studenten, dan wordt dit idee in de loop der tijd wijd verspreid. Grote kans dat daar dan daadwerkelijk iets revolutionairs uit voortkomt en dat is een mooie gedachte.’

Waarom Delft?
‘In Delft telt niet alleen het onderzoek en het geld dat je inbrengt, je doet er ook als persoon toe. De chemie is goed: men is betrokken en geïnteresseerd in elkaar. Daarbij is de onderzoeksomgeving hier geweldig. Diverse groepen kunnen bogen op internationale erkenning en tal van professoren doen werk dat verwant is aan dat van mij. Samenwerken is bovendien een groot goed in Delft en dat vind ik fantastisch. Samen bereik je immers meer dan alleen. Hoewel ik een computer gedreven wetenschapper ben, voel ik me ook sterk aangetrokken door de windtunnels voor experimenteel onderzoek en de kwaliteit van deze onderzoeksvorm. Ik mag hier samenwerken met experimentalisten van wereldklasse!’

Beste eigenschap?
‘Ik geef nooit op. En ik heb altijd nieuwe ideeën. Daarbij ben ik niet bang om te falen. Integendeel, ik benader dat positief: elke keer dat een idee vastloopt, leer je ervan en ontstaan er nieuwe ideeën. Ik raak dus niet ontmoedigd als iets niet lukt. Ik probeer mijn studenten ook altijd te stimuleren om niet op te geven, maar door te gaan. Veel jonge mensen denken: ik heb een theorie, die bewijs ik en klaar. Maar zo simpel is het nooit. Als ik zie dat studenten vastlopen, werk ik net zo lang met hen samen totdat we progressie boeken.’

Minst goede eigenschap?
‘Ik ben soms chaotisch en te perfectionistisch. Verder heb ik de neiging om me grenzeloos in problemen te verdiepen. Ik ga dan uren- en zelfs nachtenlang door, zonder te eten of iets om me heen te zien. Ik probeer dit te verbeteren nu, vanwege mijn gezin.’

Welk onderwerp hoort volgens u hoog op de politieke agenda? 
‘Wereldwijde educatie, maar zeker ook: onderzoek, want dat is mede bepalend voor onze toekomst. Er wordt enorm veel geld geïnvesteerd in het managen van het heden, terwijl we de zaken vergeten die nodig zijn voor een zelfde of betere toekomst. In landen als Nederland en Duitsland is onderzoek en onderwijs helemaal essentieel, omdat we weinig natuurlijke bronnen hebben. De mens is ons grootste kapitaal, dus die moet je zoveel mogelijk ontwikkelen! Ook is meer aandacht vereist voor het helpen van de minder gefortuneerde medemens, zodat zij dezelfde kwaliteit van leven kunnen bereiken als wij. Bij voorkeur op duurzame wijze.’

Inspiratiebron?
‘Mijn collega's en vrienden, maar ook onze studenten met hun interessante vragen en ideeën tijdens supervisies en colleges, en hun werk in de DREAM-teams: de uitdagende vraagstukken die zij durven aangaan, en de oplossingen waarmee ze komen. Daarnaast is de buitenwereld een grote inspiratiebron voor mij. Ik onderzoek vloeistofmechanica en ‘buiten’ biedt op dat gebied het grootst denkbare experiment. Het Nederlandse weer zit vol turbulentie en twee-fasen stromingen (two-phase flow). Bovendien vind je rondom het L&R-gebouw een fascinerende turbulentie. Genoeg inspiratie binnen handbereik dus! Inspirerend vind ik ook historische boeken, en dan met name biografieën van grote onderzoekers. Ik leer graag van de manier waarop zij zaken aanpakten.’

Levensfilosofie?
‘Ik streef grote doelen na. En onderweg kom ik allerlei kleine problemen tegen die ik graag oplos.’