Amne

Voor mijn afstudeerproject was ik verbonden aan de Intensive Care van het LUMC. Ik werkte aan een longmodel en deed een haalbaarheidsstudie naar de implementatie van een nieuwe beademingsmethode. Omdat ik daar al maanden mee bezig was, heb ik uiteindelijk ook meegeholpen in de eerste corona-golf. Tijdens beademingsrondjes op de afdeling kon ik advies geven over beademingsstragieën. Beademing is namelijk meer dan knoppen indrukken. Je moet bijvoorbeeld ook extra metingen doen om de apparatuur per individuele patiënt aan te passen.

Waarom Klinische Technologie?
Ik wilde iets met de zorg doen, maar dan in een praktisch beroep, waarbij je ook nog wetenschappelijk wordt opgeleid. Dan kom je al gauw uit bij geneeskunde, maar daarbij miste ik natuur-, wis- en scheikunde. Klinische Technologie sloot precies aan bij mijn ambities.

Wat zijn de typische kwaliteiten van een klinisch technoloog?
Als ik naar mezelf kijk: ik ben heel klinisch ingesteld, ik heb eigenlijk iets meer de mind-set van een arts dan van een ingenieur. Het gaat me dan ook goed af om complexe technologie begrijpelijk te maken voor artsen. Ik snap hoe ze denken en waar ze naar kijken.

Wat zijn je plannen?
Ik zou graag blijven waar ik nu zit en verder gaan met het optimaliseren van de beademing. Ik wil daarbij verder gaan dan alleen de beademing: wat is de interactie met de rest van het lichaam, dus het hart, de bloedsomloop, de bloeddruk? Tegelijkertijd wil ik de KT-er van de afdeling zijn, die met technische oplossingen komt en weet hoe we de techniek zo optimaal mogelijk kunnen gebruiken om de patiëntenzorg te verbeteren. Dat is mijn ambitie, maar daar moet wel budget voor worden vrijgemaakt. Mijn begeleider zei eens tegen me: ‘als je een apparaat was geweest, hadden we je heel snel aangeschaft’. Maar technologie die je niet optimaal gebruikt, is zonde. Juist daarvoor heb je iemand zoals ik nodig.

Wat wil je de volgende lichting KT’ers meegeven?
Vergis je niet, het is een zware studie met veel contacturen. Ik heb wel gemerkt dat we echt nodig zijn op de afdeling. Niet alle artsen zullen dat zo zien, daarom moeten we assertief blijven om onze plek te verkrijgen.