Hotspot in de circulaire economie
Dr. David Peck (faculteit Bouwkunde, klimaatontwerp en duurzaamheid) voorziet een belangrijke rol voor de TU en Nederland in de circulaire economie.
Omschakelen van een lineaire naar een circulaire economie is geen kwestie van een beetje meer recyclen of minder energie gebruiken. Het is een totaal andere manier van handelen voor bedrijven, organisaties, onderwijs, en de samenleving. Eind januari presenteerden Stientje van Velthoven (staatssecretaris Infrastructuur en Waterstaat) en Eric Wiebes (minister van Economische Zaken en Klimaat) het Grondstoffenakkoord met de ambitie van een totaal circulaire economie in 2050. De transitieagenda stelt dat in 2030 alle nieuwe producten en diensten op circulaire ontwerpprincipes gestoeld moeten zijn.
Ik introduceerde het begrip circulaire economie op de TU Delft in 2012. Nu werken er zo’n honderd onderzoekers op de TU aan onderwerpen gerelateerd aan duurzaamheid en circulariteit. Tegen 2030 hoop ik dat het er duizenden zijn. Dan zal het ondenkbaar zijn om onderzoek en onderwijs in te richten op het lineaire economische model van produceren, gebruiken en wegwerpen. Fossiele brandstoffen zullen van de agenda verdwenen zijn, en het ontwerpen en maken van kortetermijnoplossingen die aan het eind van hun leven vernietigd worden en als afval verwerkt, zullen beschouwd worden als het nieuwe roken. De stuwende kracht is dat er voor zulke projecten geen financiering meer te krijgen zal zijn. Tenminste, dat hoop ik. Twaalf jaar geleden hadden we ook grote plannen voor de energieagenda in 2020, en daar is niet veel van terechtgekomen. Ik heb goede hoop dat het nu anders loopt. Het initiatief komt dit keer niet alleen van de Europese Commissie en de nationale overheid, die hierin leiderschap tonen en dat met forse onderzoeksgelden ondersteunen, maar ik zie ook beweging bij de banken en het bedrijfsleven.
De sector van elektrische apparaten en elektronica is het meest kwetsbaar voor een tekort aan kritische materialen. Maar als je nagaat welke sectoren gebruikmaken van elektronica en elektromotoren, dan treft een schaarste aan grondstoffen vrijwel onze hele economie. Vooral toekomstige ontwikkelingen in opwekking van duurzame energie, smartgrids, elektrisch vervoer, en robotica zijn afhankelijk van die grondstoffen. Momenteel is het bedrijfsleven zich daar nog onvoldoende van bewust en is het slecht voorbereid op een tekort aan kritische materialen. Dat gaat veranderen, bedrijven zijn niet dom.
Onderzoek op gebied van circulariteit is bij uitstek multidisciplinair, met inbegrip van sociale en politieke wetenschappen en geopolitiek. We hebben al die vakgebieden nodig om dit 21ste-eeuwse probleem aan te pakken. De circulaire economie biedt kansen. Nederland en de TU Delft kunnen een hotspot worden in de circulaire economie. Er is al veel ervaring met duurzaamheid, recycling, en bouwen met de natuur. Er is steun vanuit de overheid en vanuit de Europese Commissie. En er zijn samenwerkingen met andere universiteiten en onderzoekscentra in Nederland en daarbuiten. Circulariteit is een veld waarin Nederland een gidsland kan worden.”