Is het mogelijk om de creativiteit van architecten met kunstmatige middelen op te krikken? Ja, zegt promovendus Alireza Mahdizadeh Hakak. Een ontwerper met een 3D bril staat open voor nieuwe oplossingen, blijkt uit zijn laboratoriumproeven. Hij nam er zelfs een kijkje voor in de hersenen.
Kinderen lijken geen grenzen te zien als hen gevraagd wordt een droomhuis te ontwerpen, geschoolde architecten en ingenieurs zien juist overal praktische bezwaren. “Voor vernieuwing moeten we 'out-of-the-box' denken, maar vaste denkpatronen zitten in de weg”, constateert de Iraanse promovendus. “Mijn onderzoek is erop gericht om het denken vanuit beperkingen te doorbreken.”
Voor zijn promotieonderzoek 'Enhancing [spatial] creativity: Practical methods to boost creativity for architects' bekeek hij in de eerste plaats ontwerpmethodes. Stimuleert het de creativiteit om daarbij moderne 3D ontwerpsoftware of een 3D bril te gebruiken? De uitkomst was geen verrassing. Ja, die prikkelen de fantasie meer dan 2D software en het aloude pen en papier.
Hij verplaatste zijn onderzoek vervolgens naar het brein zelf. Is het misschien mogelijk om de hersenen te trainen om open te staan voor meer ambiguïteit? Daartoe gebruikte hij visuele technieken, waarbij steeds nieuwe parameters werden toegevoegd. Het resultaat – met onder meer in elkaar geschoven 3D beelden en steeds verschuivende focuspunten – schotelde hij voor aan een honderdtal studenten architectuur en techniek. Zij kregen 20 minuten om de beelden te interpreteren. Opvallend genoeg reageerden de meeste ingenieurs in de dop geïrriteerd, aankomende architecten zagen er juist wel wat in. Voor Mahdizadeh een duidelijke aanwijzing dat hersentraining in ieder geval bij een deel van de proefpersonen helpt.
Veel informatie die we ontvangen verdwijnt naar het onderbewuste. De constante menging van elementen die daar plaats vindt, zorgt voor innovatieve ideeën. Maar hoe werkt dat precies? Hij dook ervoor het laboratorium in en zette in samenwerking met neuropsychologen proefpersonen sensoren op het hoofd.
Tijdens het labonderzoek werden abstracte en ontworpen omgevingen met elkaar vergeleken en kregen proefpersonen vragenlijsten voorgelegd. Onderwijl werden de hersenactiviteiten gemonitord. Het resultaat was opvallend: compleet nieuwe hersengebieden lichten op wanneer ‘onconventionele virtuele omgevingen’ worden voorgeschoteld. Het betreft vooral de hersengebieden die worden geassocieerd met creativiteit.
De promovendus concludeert eruit dat verandering van perspectief leidt tot vindingrijkheid en originaliteit. Als bij een ontwerpopgave de wet van de zwaartekracht niet geldt of als een constructie kan groeien uit één zaadje, gaat er een wereld aan nieuwe mogelijkheden open. “Dan kun je het patroon van de Euclidische meetkunde doorbreken en tot innovaties komen, zoals blob architectuur.”
Een laatste experiment betrof een test in Italië met twintig proefpersonen. Daarvoor werd met financiering uit het 7de Kader Programma van de EU een multi-disciplinaire interface ontwikkeld. Deelnemers die met een 3D bril op het hoofd en een 6-assige muis in de hand door de virtuele omgeving navigeerden, bleken ook in dit geval verrassende ontwerpideeën te ontwikkelen. Moet iedere architect dan maar met een VR-bril op gaan ontwerpen? “Nee, maar incorporeer het wel in het onderwijsprogramma”, zegt Mahdizadeh. “Laat studenten vrij van regels een omgeving bouwen, geef ze de ruimte om in complete vrijheid te ontwerpen. Want zonder creativiteit geen vernieuwing.”