Karel Luyben benoemd tot Chairman European Open Science Cloud
Voormalig Rector Magnificus Karel Luyben is op 23 november benoemd tot chairman of the Executive Board of EOSC (European Open Science Cloud). Dat gebeurde in het bijzijn van de Oostenrijkse Minister voor Onderwijs en Wetenschap Heinz Fassman en vertegenwoordigers van de Europese Commissie.
Op 23 november werd in Wenen het officiële startschot gegeven voor de European Open Science Cloud (EOSC). Bij die gelegenheid werd professor Karel Luyben geïnstalleerd als chairman of the Executive Board of EOSC; hij vertegenwoordigt in deze hoedanigheid het Europese samenwerkingsverband van technische universiteiten CESAER. Tijdens het lanceringsevenement kregen de aanwezigen een demonstratie van de eerste versie van het EOSC-portaal. Dat moet tegen 2020 alle naar schatting 1,7 miljoen Europese onderzoekers en 70 miljoen wetenschappelijke en technologische professionals een platform bieden om hun gegevens over grenzen heen op te slaan, te delen en te hergebruiken.
Voorvechter
Nederland is een voortrekker op het gebied van Open Science. Tijdens het Nederlandse EU-voorzitterschap in 2016 werd de ambitie uitgesproken dat in 2020 alle wetenschappelijk artikelen, plus de onderliggende data en onderzoeksmethoden optimaal beschikbaar moeten zijn voor analyse en hergebruik. Ook Professor Karel Luyben is al jaren een voorvechter van Open Science. Sinds 2016 is hij lid van het Open Science Policy Platform, een EU-adviesgroep met 25 leden, en in februari 2018 werd hij door het Nationaal Platform Open Science benoemd tot Nationaal Coördinator.
Science=open
Professor Luyben is er trots op zijn benoeming bij het EOSC: “Het EOSC is een belangrijk stap in de richting van onze ambitie: het toegankelijk, vindbaar en doorzoekbaar maken van alle onderzoek. Het is een eer om daar een bijdrage aan te mogen leveren.” Wel is er volgens hem nog voldoende werk: “Bij onderzoeksdata gaat het niet alleen om cijfers, maar ook om bijvoorbeeld teksten, beeld, geluid of algoritmen en dat over alle wetenschappelijke disciplines heen. We moeten hard werken aan internationale standaards om dat goed met elkaar te kunnen delen.” Zelf heeft hij een duidelijk einddoel voor ogen: “Over tien of twintig jaar zouden we het niet meer over ‘open science’ hoeven hebben. Dan is open gewoon de norm.”