De bakfiets is niet meer weg te denken uit het Nederlandse straatbeeld. Ideaal voor het vervoeren van spullen, maar vooral populair om kinderen van A naar B te brengen. Toch is er verrassend genoeg nooit echt onderzoek gedaan naar het comfort van kinderen tijdens een bakfietsrit. Hier wilden Werktuigbouwkundestudenten Jelmer, Renate, Dirk-Jan, Santo en Alexander verandering in brengen. Met hun Bachelor Eind Project (BEP) zetten ze de eerste stappen in dit onontgonnen onderzoeksgebied.
De studenten hebben de mate van comfort gemeten en gekeken naar de invloed van de bandendruk, verschillende soorten bakfietsen en wegdekken. Hiervoor gebruikten ze een speciale dummy die het formaat en gewicht van een gemiddeld vijfjarig kind nabootst. Aan deze dummy bevestigden ze versnellingsmeters op het hoofd, het frame van de fiets en de zitting, om de trillingen tijdens de rit te registreren. "Met deze gegevens konden we de versnellingen analyseren," legt Jelmer uit. "Door een Fourier-transformatie toe te passen, hebben we de trillingen omgezet in frequenties, wat ons meer inzicht gaf."
In 20 weken legden de studenten vele kilometers af en voerden ze talloze testen uit om hun meetmethode te verfijnen. Ze ontwikkelden een checklist om elke test consistent uit te voeren, met specificaties zoals bandenspanning, gewicht van de fietser en de plaatsing van de versnellingsmeters. Hun testen werden uitgevoerd bij een gemiddelde snelheid van 18 km/h en met bandenspanning binnen de aanbevolen richtlijnen.
(On)comfortabel?
Maar hoe vertaalt dit alles zich naar de ervaring van een kind? “Wij hebben gebruik gemaakt van een ISO standaard voor volwassenen in het openbaar vervoer. Omdat er geen vergelijkbare standaarden voor kinderen bestaan, en ook niet voor (bak)fietsen, kwam de richtlijn voor het openbaar vervoer het meeste in de buurt”, zegt Jelmer. Volgens deze comfortnormen zouden de trillingen in een bakfiets een rit voor een kind oncomfortabel tot zeer oncomfortabel maken.
"Maar als je naar kinderen in bakfietsen kijkt, lijken ze niet per se oncomfortabel," merkt Renate op. Om hun resultaten verder te toetsen, kregen ze toestemming om hun experimenten met een echt kind uit te voeren. "Dat was een geweldige kans en leverde waardevolle subjectieve inzichten op", vertelt Dirk-Jan.
Tips voor meer comfort
Met een verrassend resultaat: het kind ervoer veel minder ongemak dan de normen voorspelden. Dit suggereert dat de subjectieve ervaring van comfort in bakfietsen afwijkt van de normen voor het openbaar vervoer. Toch ontdekten de studenten dat het comfort van kinderen wel degelijk beïnvloed wordt door verschillende factoren. Hun belangrijkste aanbevelingen voor meer comfort in bakfietsen zijn:
- Verlaag de bandenspanning
- Een tweewielige bakfiets is comfortabeler dan een driewielige.
- Gebruik een schokdemper voor de bak.
- Fiets bij voorkeur over gladde wegen; asfalt is beter dan tegels, en tegels zijn beter dan klinkers.
Theorie en praktijk komen samen
De studenten waren zelf ook verrast dat er nog nooit onderzoek was gedaan naar het comfort van kinderen in bakfietsen. "De bakfiets is zo alledaags, als je er eenmaal op gaat letten, zie je ze overal. Ik vroeg me bij elke bakfiets af hoe prettig de rit eigenlijk is voor het kind," vertelt Renate. Het was vooral deze herkenbaarheid en de vrijheid om zelf het onderzoek op te zetten dat de studenten aantrok in dit onderwerp. "Ik vond het leuk om een project te doen dat zowel praktisch als theoretisch was," zegt Alexander. Dankzij hun bacheloropleiding konden ze gebruikmaken van vaardigheden zoals coderen en de kennis uit de vakken Signaalanalyse en Rigid Body Dynamics, wat hen hielp bij het begrijpen en analyseren van de bewegingen in de bakfiets.
Daarnaast had het team te maken met praktische uitdagingen. "Naast het onderzoek was dit project ook een logistieke opgave. We werkten samen met de Fietsersbond, Humanetics (het bedrijf achter de dummy) en een fietsenwinkel," vertelt Santo. “Het was spannend of het allemaal zou lukken om de dummy in verschillende bakfietsen te testen. Ik had niet verwacht dat we daar zoveel tijd aan kwijt zouden zijn."
Vervolgonderzoek: baby’s en kinderzitjes
Hoewel de studenten benadrukken dat er meer onderzoek nodig is om definitieve conclusies te trekken, biedt hun project een waardevol startpunt. Later dit jaar gaat universitair docent en begeleider van de studenten, Jason Moore, een vergelijkbaar onderzoek opzetten. Hij wil onderzoeken welke trillingen baby’s (0-1 jaar) ervaren in kinderwagens, bakfietsen en fietsstoeltjes. "Ons doel is om beter te begrijpen wanneer het veilig is om baby’s op deze manier te vervoeren," legt Moore uit.
Studiekeuze
Bij de bacheloropleiding Werktuigbouwkunde gebruik je kennis van wis- en natuurkunde om apparaten en systemen te bedenken, ontwerpen, maken en verbeteren. Om het leven van mensen gemakkelijker, veiliger en aangenamer maken. Maar ook om te zorgen dat de wereld steeds een stukje duurzamer wordt.
Als werktuigbouwkundig ingenieur ben je een onmisbare schakel tussen technologische ontwikkelingen en de maatschappij!